Thijs Goverde met rood t-shirt met de tekst: Reading is Sexy
<<

Kortsluiting in het denkmachientje

'Het is goed gelukt, he?' zei de wildvreemde mevrouw met de stem van mama. 'Ik dacht: ach, ik kan toch zo veel uitvinden, waarom zou ik niet eens wat anders maken dan bommen en springstof? En nieuw soort schmink, bijvoorbeeld? Bommen zijn heel nuttig, maar ook schmink kan heel handig zijn. En het aardige is: dit spul blijft dágenlang zitten. Je kunt er mee in bad en alles. Er is maar één manier om het weg te krijgen en dat is met een speciaal spulletje dat ik nog moet uitvinden.'
'Jullie kijk allebei zo raar!' giechelde Kwetter. 'Jij kijk helemaal niet blij, papa!'
Inderdaad keek papa heel ongelukkig. Dat kwam, denk ik, doordat hij stiekem al die tijd gedacht had: ach, als we in Vanuatu komen is dat meteen het einde van onze reis. We kunnen toch geen vliegtuig nemen. Goed, we komen misschien in de gevangenis terecht, maar de gevangenis in Vanuatu stelt vast niet veel voor. Daar knallen we in een een oogwenk de muur aan puin en dan is het een kwestie van hollen naar de Tsaar Peter en hup, duiken maar. Ideaal is het niet, maar het is te overzien. Altijd beter dan doodgeschoten worden in Stockholm.
Maar nu zag alles er heel anders uit.
En dan bedoel ik niet alleen mama en Kwetter.
'Natuurlijk kijkt papa niet blij,' glimlachte mama. 'We gaan iets levensgevaarlijks uithalen, en daar wordt Eduard altijd een beetje zenuwachtig van. He, schat? Maar het hele léven is gevaarlijk, lieverds. De kans dat je bij het oversteken van de straat wordt platgereden door een idioot die op zijn telefoontje zit te kijken, in plaats van te sturen, is duizend keer zo groot als de kans dat je op het vliegveld van Vanuatu dood wordt geschoten.'
'Voor gewone mensen ja,' bromde papa. 'Niet voor internationaal gezochte terroristen met een prijs van veertien miljoen op hun hoofd. En wat ijn wij? Gewone mensen? Of...'
'Ik ben altijd gewoon gebleven, ondanks al mijn succes,' zei mama bescheiden.
Ik bedoel: de onbekende mevrouw die klonk als mama. Of eigenlijk: mama met haar onbekende-vrouwen-gezicht. Het was heel raar. Mijn hersens leken niet meer helemaal goed te werken. Alsof er een paar draadjes in mijn hoofd waren losgeschoten, en op de verkeerde plaats weer vastgemaakt. Zodat het hele denkmachientje niet meer werkte zoals het hoorde te werken.
En dat was dan alleen nog maar als ik naar mama keek.
Als ik naar Kwetter keek, was het nog veel erger.
Want ook al wist ik dat het Kwetter was, mijn ogen bléven Lenny zien. En Lenny is, nou ja, best leuk om te zien. Ik bedoel: ik vind haar gewoon wel aardig.
Kwetter is ook aardig, natuurlijk, maar niet zó aardig dat je er een beetje buikpijn van krijgt. Of nou ja, buikpijn, het is meer een soort van duizeligheid.
Dus nu zat ik naar Kwetter te kijken met de duizelbuik die eigenlijk voor Lenny bedoeld was.
Ik werd er ook in mijn hoofd steeds duizeliger van.
En terwijl mijn ouders verder kibbelden, kwam Kwetter op mij af en fluisterde giechelend in mijn oor: 'Ik heeft jou dóór, vriendje!'

Thijs is vandaag

Online
Offline,
want ik ben hard aan het schrijven aan een nieuw boek